woensdag 9 april 2008

Korps Mobiele Colonnes

In 1952 wordt de wet op de Bescherming Bevolking afgekondigd. “Onder Bescherming Bevolking verstaat de wet het geheel van niet-militaire maatregelen tot bescherming van de bevolking en haar bezittingen zomede van de bezittingen van de openbare lichamen tegen de onmiddellijke gevolgen van oorlogsgeweld.” Het gaat hier dus om een zuiver civiele organisatie. De basis is het optreden vanuit de eigen stad of dorp met een uitgesproken verantwoordelijkheid voor het plaatselijke bestuur (BB kring, Wijkploeg, Blokploeg). Er wordt overgegaan tot de vorming van kringen als overkoepelende organisatie die meerdere steden en dorpen in zich verenigd. Daar een kring van huisuit, in de meeste gevallen, niet beschikt over voldoende personeel en materiaal om de gevolgen van een ramp voldoende te bestrijden worden regels van kracht betreffende de onderlinge bijstand. Om niet het gevaar te lopen dat, bij onderlinge bijstand, een ramp in de eigen kring, door het uitlenen van het potentieel, niet kan worden bestreden, wordt gezocht naar een aanvullende landelijke organisatie. De eenheden van deze organisatie dienen snel verplaatsbaar moeten zijn om op zwaartepunten ingezet te worden. In 1954 wordt besloten om de RIJKS MOBIELE COLONNES op te richten. De bedoeling is om deze colonnes te bemannen met vrijwilligers. De vrijwilligheid onder de burgerbevolking is echter zo gering dat deze colonnes nimmer van de grond zijn gekomen. De vrijwilliger is wel bereid in zijn eigen omgeving actief te zijn, maar niet ver van huis. Toch moeten de colonnes bemand worden. Hiervoor wordt een unieke oplossing bedacht. Op 1 augustus 1955 wordt besloten om de Rijks Mobiele Colonnes met militairen te bemannen. De Mobiele Colonnes worden bemand met reserve- en militiepersoneel van land-, zee- en luchtmacht, dat de eerste oefening achter de rug heeft en geen mobilisatiebestemming heeft. Per jaar worden +/- 4000-4500 dienstplichtigen beschikbaar gesteld, waardoor met de opleiding van alle Mobiele Colonnes ( totale sterkte +/- 17.000 man) ruim 4 jaar is gemoeid. De benaming “4e Krijgsmachtdeel” was natuurlijk indrukwekkend maar leverde in de praktijk veel problemen op. Om organisatorisch het intensieve contact tussen de Minister van Oorlog en de Bevelhebber der Landstrijdkrachten te omzeilen, wordt het RMC als 4e krijgsmachtdeel opgeheven. In 1963 wordt besloten om de Mobiele Colonnes in hun geheel onder te brengen bij de Koninklijke Landmacht. Dit is het moment dat de naam KORPS MOBIELE COLONNES gevoerd gaat worden. Bij deze overgang wordt de tweede gemeenschappelijke beschikking opgesteld. Binnen de beschikking worden de taken en verantwoordelijkheden vastgelegd. Het einde kwam bijzonder abrupt. In het voorjaar van 1991 wordt nog verklaard dat het bestaansrecht van het KMC niet ter discussie staat. In september 1991 wordt beslist dat het Korps Mobiele Colonnes met ingang van 1 januari 1993 wordt opgeheven. Het Korps Mobiele Colonnes werd binnen de Koninklijke Landmacht niet gemist. Bij oudgedienden binnen de Koninklijke Landmacht ziet men nog altijd het Korps Mobiele Colonnes als buitenbeentjes en wannabee-militairen. (bron: NCCB)

Geen opmerkingen: